In dit filmpje uit 2013 geef ik een rondleiding door de voormalige noodzetel van het Schedeldoekshavencomplex in Den Haag. In dit SDH-complex waren vroeger het ministerie van Justitie en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties gehuisvest. Onder het complex lag een ‘noodzetel’, beter bekend als ‘de atoombunker’. Deze zogenoemde ‘Noodzetel van de Nederlandse regering’ – met een capaciteit voor 200 gebruikers – is vooral actief geweest als uitwijk voor het Nationaal Crisiscentrum (NCC) en de departementale crisiscentra van beide ministeries. De noodzetel is begin jaren zeventig van de twintigste eeuw opgeleverd en in 2013 buiten gebruik gesteld. In 2013 is de inventaris volledig verwijderd, waarna de ruimte is overgedragen aan de gemeente Den Haag. De ruimte is in 2024 omgebouwd tot opslag voor het Haagse Gemeentearchief en oefenruimte voor Haagse muzikanten. De locatie zelf heeft geen relevante tastbare herinneringen meer aan de oude functie.
Ter gelegenheid van de buitengebruikstelling is de noodzetel in juni 2013 opengesteld geweest, is het bovenstaande filmpje gemaakt en is het onderstaande informatieblad voor de bezoekers uitgegeven. Deze informatie is openbaar.
J.H. Maat, Informatieblad Noodzetel SDH-complex (t.b.v. openstelling), juni 2013, B-19335
Met de toenemende belangstelling voor de Koude Oorlog wordt regelmatig geïnformeerd naar de noodzetel. Daarom is bovenstaande informatie voor geïnteresseerden vrijgegeven. Er is geen betrokkenheid meer (van mij of het ministerie van BZK) bij de voormalige noodzetel.
Een deel van de inventaris is geschonken aan musea:
- Museum Bescherming Bevolking (toenmalig NCBB), Bunkercomplex Park Overvoorde te Rijswijk
- Bunker NCO Arnhem (voormalige PTT/Nationaal Noodnet) te Arnhem
- Het Museum van de Twintigste Eeuw te Hoorn
Het Museum Bescherming Bevolking in Rijswijk is meerdere keren per jaar voor het publiek geopend en geeft een goede indruk hoe de noodzetels in Nederland tijdens de Koude Oorlog waren ingericht. Verder worden geïnteresseerden verwezen naar de volgende publicaties:
- Colette Cramer en Kees van Leeuwen, Schuilen in Den Haag – Erfgoed van de Koude Oorlog, Den Haag: Uitgeverij de Nieuwe Haagsche, 2017
- Kees van Leeuwen, In geval van nood – Ondergrondse noodzetels voor de rijksoverheid tijdens de Koude Oorlog, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Amersfoort: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed 2020 (gratis download)
Veelgehoorde ‘broodjes aap’ over de noodzetel:
- Er zat een slaapkamer voor de minister-president en er was een Koninginnekamer. Dit is onjuist, beiden hadden de beschikking over eigen faciliteiten. De minister-president had een eigen ruimte in de noodzetel van het ministerie van Algemene Zaken, de ‘Nachtwacht’. Deze is verbonden met de direct naastgelegen noodzetel ‘Hazeleger’, van het ministerie van Financiën. Deze zijn buiten gebruik, maar bestaan nog wel.
- Als je door de tunnel van een van de nooduitgangen naar boven kwam zat je tussen de tramrails en moest je uitkijken voor je hoofd. Dit is onjuist, op het filmpje is goed te zien waar de nooduitgang uitkomt, namelijk in een ‘vluchtheuvel’. Dit is tegenwoordig niet meer te zien, er is bestrating overheen gelegd.
- Er moesten vrouwen mee in de noodzetel om de mensheid voort te kunnen zetten als een kernoorlog alles had verwoest en iedereen boven de grond had gedood. Dit is onjuist, maar het is wel al in de begintijd van de noodzetel een veelgemaakte grap. Wel was het zo dat in de begintijd van de noodzetel de meeste ondersteunende functies – zoals typistes en telefonistes – door vrouwen werden vervuld.
- In de noodzetel liep iedereen in een groene overall. Dit is onjuist, de overall maakt deel uit van het noodpakket. Indien er geen schone kleding van tevoren was klaargelegd kon daarvan gebruik worden gemaakt.